Niet alleen de familie Juncosa hield zich in Spanje bezig met Seat 850's, ook de gebroeders Cases maakten er een geheel eigen model van.
De broers hadden al ervaring met tuning maar waren daar door allerlei oorzaken niet succesvol mee. Ze besloten om van nul te starten met de ontwikkeling van een nieuwe auto, gebruik makend van eerdere ervaringen en kozen voor een Seat 850 Coupé.
De coupé werd voorzien van een aangepast front met radiateur en er werd een nieuwe voorwielophanging ontwikkeld. Die bestond uit dubbele draagarmen en in de schroefveren geplaatste schokdempers.
Aan de achterzijde slechts kleine aanpassingen doorgevoerd: de ophanging nestond uit speciale dubbele schokdempers en vering.
De motor is oorspronkelijk een Seat 1430 cc, opgeboord tot 1520 cc met een boring van 81,5mm. De compressieverhouding is met 11,5:1 lekker hoog. De carburateurs zijn dubbele 38mm Webers.
Nog wat feitjes: De diameter van de inlaatkleppen is 40mm, die van de uitlaatkleppen 34mm. De nokkenas is een 45-90, afgeleid van het origineel. De motor heeft elektronische ontsteking, een dubbele elektrische benzinepomp en beschikt niet over een oliekoeler.
De koppeling is geleend van de 124 en het koppelingshuis is van Abarth. Er waren twee versnellingsbakken mogelijk: één met vier en één met vijf versenllingen. De eerste is de originele 850, met aangepaste verhoudingen (1e, 3,36; 2e, 2,05; 3e, 1,52; 4e, 1,16), en de tweede, was afkomstig van Abarth (1e, 2,75; 2e, 2,062; 3e, 1,66; 4e, 1,42; 5e, 1,16 of 1,12). Op deze twee bakken kunnen negen eindoverbrengingen worden gemonteerd (allemaal die van Seat 850 en 600 en die van Simca 1000). Om die te wisselen was enorm veel werk want elke keer moest de hele bak werden gedemonteerd en opengemaakt. Door te beginnen met een geheel nieuw ontwerp van de versnellingsbak kon het werk veel sneller en nauwkeuriger worden uitgevoerd. De anpassingen betroffen vooral wat de ophanging van de bak en de motor.
Over de 1430 motorsteunen was goed nagedacht en ook de nieuw ontwikkelde dwarsdrager aan de achterkant versterkte de structuur van de carrosserie, het standaard tussenpaneel vonden ze niet goed genoeg.
Op alle vier de wielen werden schijfremmen van de 124 gemonteerd en het remcircuit is uiteraard dubbel uitgevoerd. De wielen hebben een diameter van 13 inch met een breedte van 7 inch aan de voorkant en 9 inch aan de achterkant. De banden zijn Dunlop Racing, 4,25/9,50 (voor) en 4,75/10 (achter).
Het complete voertuig, met rollbar, tanks etc. weegt 700 kilo. Hoewel dit gewicht vanwege de zwaardere motor toenam werd dit gecompenseerd door het volledig kale interieur en het vervangen van de ramen (behalve de voorruit) door perpexruiten.
In 1971/1972 werd de auto getest door het Spaanse blad Autopiste en zij schreven er een artikel over:
In de test die ze hebben uitgevoerd, was de Coupé al uitgerust met de vijfversnellingsbak en was er al een heel seizoen mee geracet. Nadat hij in handen was geweest van AUTOPISTA, zou de auto volledig worden gedemonteerd voor verificatie en daaropvolgende voorbereiding voor het volgende seizoen.
Afgezien van het feit dat je de eerste keer wat moet wennen aan een auto, zorgde deze auto bij de eerste rit niet voor verrassingen. Behoorlijk harde vering, normaal geluid in een auto voor snelheidstests, lucht die door de kieren fluit en af en toe olie- en benzinedampen. Dit laatste vooral omdat de tank voorin zit.
De Cases coupé is makkelijk te controleren, glijdt van achteren nooit uit en is erg snel. Samenvattend vond Autopista deze auto qua vermogen zeer bescheiden maar deze "handicap" wordt gecompenseerd door de enorm goede wegligging en een zeer effectief onderstuur. Voor het seizoen 1972 werd de auto volledig nieuw geassembleerd en klaargemaakt om te winnen. De gebroeders Cases gingen op de ingeslagen weg verder en concentreerden zich in de wintermaanden op het prepareren van een nog betere motor. Die zou een nieuwe cilinderkop krijgen, waarmee men hoopt betere resultaten te behalen, zodat de montage van een 1600 Coupé-motor (met zijn omgekeerde draairichting) niet nodig zou blijken.
Tekst o.a. van J.F., eerder gepubliceerd in Autopista nr. 677, 29 januari 1972