Wat is er nieuw?
- Fiat 850's gebouwd door Scioneri (nieuwe foto toegevoegd)
- Fiat 850 in Brescia
- Fiat 850 in Duckstad (update)
- De Fiat 850's van Vignale (update 3)
- Pakkingen printen voor de Fiat 850 (en andere modellen)
- Druklager van de Fiat 133 vervangen
- Elektrische benzinepomp voor de Fiat 850
- Fiat 850 Spider, maar dan anders
- Feest! De introductie van de Fiat 850 in Rimini
- De Fiat 133 in Finland
Fuoriserie
De Lombardi Libellula was een Spider met strakke, gestroomlijnde lijnen op basis van de Fiat 850 toen Fiat zelf nog geen 850 Spider had en werd in 1967 voor het eerst getoond op het Autosalon van Turijn.
Een paar foto's uit Turijn:.
Er zijn geen details die in het oog springen buiten de voorkant met het vierkante ontwerp heeft dat goed aansluit op de geïntegreerde bumper.
Aan de achterzijde zien we naast de behuizing voor het cabriodak enkele spleten aan de zijkanten om de motor te koelen. Dit is ook door andere carrosseriebouwers overgenomen maar in de Libellula zijn die mooier geïntegreerd en dragen daarom bij aan het ontwerp van de auto als geheel. Het is niet bekend hoeveel Libellula's Francis Lombardi heeft geproduceerd. Bij introductie was de vraagprijs 956.000 Lire wat vandaag de dag ongeveer € 10.000 zou zijn. Voor die prijs mag je er een bij me op de oprit zetten!
De Lucciola 850 was een van meest succesvolle modellen van van Francis Lombardi. De auto werd gepresenteerd op het Autosalon van Turijn maar begon als dit protoype:
Quattroruote toonde het prototype plus een schets van de definitieve versie, met de techniek van de Fiat 850.
In eerste instantie alleen als 850 maar later ook als 850 Special.
De versie die, in een kleine oplage, op de markt werd gebracht was deze:
Het interieur is op deze manier veel toegankelijker dan bij de Fiat 850.
De achterkant lijkt sterk op die van de Francis Lombardi Smart.
Quattroruote presenteerde de Lucciola in het Salon-nummer
Op Auto & Moto d'Epoca in Padua staat er regelmatig een te koop. Dit is in 2012 en die kwam terug in 2013:
Later heb ik die nog gezien in Padua maar niet meer gefotografeerd.
Op www.zwischengas.com vond ik deze zeer mooie Lucciola:
De achterkant wat beter in beeld (foto van Instagramaccount recam1.43):
De Lucciola werd later de basis voor de Seat 850 "Lungo".
De Lombardi 850 Monza werd gepresenteerd op de tentoonstelling van Turijn in 1967 en was ongetwijfeld getekend als een concurrent voor de Siata Spring zoals indertijd wel vaker gebeurde: een zogenaamd grote grille aan de voorkant en vrijstaande wielen met spatborden.
Op de achtergrond zie je de 850 Lucciola en de open uitvoering van de 600T en zo stonden ze ook getekend in Quattroruote.
Het waren die spatborden en het design van de Lombardi 850 Monza die destijds door de internationale autopers volledig werden afgekraakt. De auto was een flop en de productie werd al snel stopgezet. De veel mooiere Grand Prix werd als opvolger ontwikkeld en de Targa-uitvoering daarvan werd weer Monza genoemd.
Martin Wildeboer maakte me attent op deze foto die hij vond op EBay (waarvoor dank!):
Zo te zien gemaakt tijdens de beurs in Turijn in 1977
Na het debacle van de Lombardi Monza tekende de huisontwerper van Francis Lombardo, Giuseppe Rinaldi, de prachtige lijnen van de Lombardi Grand Prix. De Grand Prix was leverbaar van 1968 tot 1972, eerst alleen als coupé en vanaf 1969 als Spyder/Targa (Monza) met rolbeugel. De Grand Prix was ook leverbaar als Abarth Scorpione en werd in een licht gewijzigde versie tevens geleverd door Giannini en Otas. Daarover heb ik dit artikel geschreven.
Dit is er een van de tweede serie, te herkennen aan de roosters op de achterklep.
Een paar details:
Een mooi setje op de stand van Lombardi op het Autosalon in 1969:
De Spyder/Targa (ook wel Monza genoemd):
Carlo Abarth met een 1300:
De Scorpione Abarth in Quattroroute:
En aan de achterkant:
Een folder uit Frankrijk (1969);
Een Scorpione racend op Indianapolis:
De door Francesco Landi verbouwde Lombardi Grand Prix (en dus GEEN Abarth Scorpione)
Voor de liefhebbers met schaar en lijm (als je er op klikt krijg je de vergrote versie te zien):
In 1972 verscheen deze Lombardi op het Autosalon van Turijn, een Volkswagen 1600SS.
Ook een Lombardi Grand Prix werd niet altijd goed onderhouden. De zoveelste eigenaar viel wel voor de looks maar had niet de mogelijkheden de auto fatsoenlijk op de weg te houden. En dan vind je dit ergens in een schuur of in een weiland:
Er staat ook nog een Autobianchi Primula S Coupé naast. En een Fiat 850 Coupé er achter. Wat zonde van die auto's.
Met touw bij elkaar gehouden.
En er zijn eigenaren die denken dat ze het beter kunnen dan Giuseppe Rinaldi:
Duidelijk mislukt.
In een Italiaanse film, "Spogliamoci così, senza pudor", uit 1976 verscheen deze Grand Prix.
Francis Lombardi was een van de meer productieve carrosseriebouwers als het om de Fiat 850 gaat maar helaas was niet alles wat ze bouwden erg spannend. De Smart was niet echt zeer fraai te noemen. Deze foto komt uit een uitgave van Quatrroruote ter gelegenheid van het Autosalon van Turijn.
De folder:
Op internet is weinig te vinden over dit model; in het echt heb ik deze ook nooit gezien.
Giannini was een fabrikant die meerdere 850 modellen technisch aanpaste met slechts beperkte veranderingen aan de carrosserie. De naam Giannini kom je echter niet alleen tegen bij Giannini Automobili uit Rome maar ook als C.M.G, Giannini Torino en OTAS.
Hier is wat uitleg nodig en dat wordt een lang verhaal.
Tegen de tijd (1964) dat de Fiat 850 werd gepresenteerd was de naam Giannini al lang gevestigd als tuner van Fiat's. De twee oprichters van het bedrijf, de broers Attilio en Domenico Giannini waren eind 1961 wegens financiële meningsverschillen uit elkaar gegaan. Attilio zette de werkplaatsactiviteiten in Settecamini voort en richtte C.M.G. (Costruzioni Meccaniche Giannini SpA) op. Domenico ging vanuit Rome, samen met zijn zoon Franco, meer de commerciële richting op als Giannini Automobili SpA.
Costruzioni Meccaniche Giannini SpA kon je vergelijken met Abarth: ze maakten technische kunststukjes op basis van Fiat-motoren. CMG had redelijk wat succes met tuningdiensten voor zijn zusterbedrijf want bepaalde onderdelen die ontwikkeld waren door C.M.G. waren exclusief voor Giannini Automobili gereserveerd, maar over het algemeen werd het meeste rechtstreeks aan racende klanten verkocht.
CMG ontwikkelde vooral racemotoren, bijvoorbeeld de G2 (een 996 cm3 met dubbele nokkenas), de 700 4C (een viercilinder boxer ontwikkeld op basis van de 500 Giardiniera-motor), de 1000 MT (enkele nokkenas met speciale verbrandingskamers en een gepatenteerde mechanische injectie) en de brute V8 1600 die 170 pk leverde bij 8500 tpm.
Dit zijn slechts enkele van de prototypemotoren die in die jaren door CMG werden geproduceerd, naast andere prototypes van buggy's en speciale voertuigen.
Attilio stierf in de zomer van 1969 wat zou leiden tot economische en administratieve problemen die kort daarna resulteerden in de sluiting van het bedrijf.
Er was ook de volledige ontwikkeling van prototypes, zoals de latere 1000 DOHC G2-motor voor de Giannini 850 1000.
Giannini Automobili SpA had al succes behaald met afgeleiden van de 600 en ze wisten zeker dat ze dat met de 850 konden herhalen, gezien de grote overeenkomsten in het mechanische ontwerp. De Fiat 600D was omgebouwd tot een Giannini 750TV, dankzij onderdelen die door C.M.G. geproduceerd waren en op die manier werd de Fiat 850 de Giannini 850S.
Giannini 850S
De compressieverhouding werd verhoogd tot 9,2:1 en er werden een speciale nokkenas, spruitstuk en uitlaatdemper, een 34 Solex carburateur en een aluminium oliecarter gemonteerd. Het vermogen steeg daarmee naar 48 PK, wat de auto een topsnelheid van 135 km/u opleverde.
Naast de gebruikelijke esthetische aanpassing die bestond uit verchroomde emblemen en sielijsten, kon je ook geventileerde velgen bestellen of een dashboard met vijf klokken, een sportstuur, schijfremmen voor of het extra oliefilter.
Aan het einde van dat jaar werden dezelfde aanpassingen ook leverbaar op de speciale carrosserieën die Vignale op het autosalon van Turijn had gepresenteerd: de vierzits Berlinetta, de Coupé en de Spider. Om die nog interessanter te maken kwam Giannini met een nieuwe aanpassing die gevolgen had voor de cilinderinhoud: met een nieuwe stalen krukas met een slag van 70 mm steeg die namelijk naar 930 cc. Vanwege commerciële overwegingen kregen de auto's de typenaam "950". Wat Giannini deed was complex: extra grote kleppen, gepolijste inlaatkanalen, speciale drijfstangen en zuigers met hoge compressie. Dat leverde 55 pk op bij 5.300 tpm.
Het jaar daarop kwam Fiat met zijn eigen twee sportwagens op basis van de 850, de Coupé en de Spider Bertone, die voor Giannini veel interessanter bleken te zijn dan de modellen van Vignale. Omdat ze krachtigerer waren dan de Berlina, werd gedacht dat 57 pk en 63pk in de 950 versie haalbaar moest zijn.
Gelukkig werd de 950 ook leverbaar voor de Berlina zodat aan het einde van het jaar de 850S werd vergezeld door de 850SL, die mechanisch dezelfde inngrepen kreeg maar dat combineerde met meer verfijning in de afwerking. De "L" stond dus voor "Luxury": andere stoelen, nieuwe bekleding en, op verzoek, metallic lak en mooie Borrani spaakvelgen, die ook leverbaar werden op de sportversies.
Giannini 850 Coupé
Van de Giannini 850 Coupé die ik op een Thaise postzegel vond is er nog een ander artikel op deze site.
Giannini 850 Spider
Giannini 850SL
Giannini 950SL
Giannini 950cc
Giannini 950cc
Giannini had nu voldoende variatie in het aanbod bereikt, en hun enige activiteit in 1966 met een 850 was het bouwen van een prototype uitgerust met de 1000 MT-motor met enkele bovenliggende nokkenas. Dit was een forse aanpassing van de originele motor gemaakt door C.M.G. Dit was een van de ontwerpen die door C.M.G. waren ontwikkeld die exclusief voor Giannini Automobili bleven gereserveerd. Dat oorspronkelijke ontwerp, de verfijnde 1000 G2 racemotor had dubbele bovenliggende nokkenassen.
De ontwikkeling van de motor voor de 850 1000 MT was bedoeld om een goedkoper alternatief te creëren voor de 1000G2 en de resultaten waren goed, met een vermogen van 80 pk bij 7.000 tpm en dat was zelfs hoger dan dat van de OT 1000 Abarth.
In 1967 een soortgelijk prototype gebouwd, deze keer uitgerust met de 1000 G2 die normaal gebruikt werd voor monoposto's in de Formule 2. Ook dit prototype was een initiatief dat het midden hield tussen technisch experimenteren en promotiedoeleinden en hoewel je de auto wel kon kopen bleef het bij één, uniek, exemplaar.
Toen Domenico Giannini op 16 maart 1967 stierf bleek hij moeilijk te vervangen. In 1968 bleef het dus bij twee vrij eenvoudige projecten.
De eerste was het gevolg van de komst van de Fiat 850 Special, die in feite de prestaties van de Giannini 850S evenaarde tegen veel lagere kosten. Het was daarom noodzakelijk om de Giannini 850S te bouwen met de nieuwe motor, waardoor een tweede generatie 850S, nu met 53 pk, ontstond.
De tweede was het debuut van een motor met een slag van 74 mm waarmee de cilinderinhoud 980 cc werd met een vermogen van 68 pk, wat flink lager was dan de 1000 MT maar ook veel goedkoper en tevens geschikt voor races.
Giannini 850SL
Het assortiment werd uitgebreid met de prachtige Grand Prix Berlinetta van carrosseriebouwer Francis Lombardi. Deze Grand Prix was verkrijgbaar met twee verschillende motoren. Formeel was de 1000 Grand Prix ook verkrijgbaar met de 104 pk sterke G2-motor met dubbele nokkenas, waarvan er nauwelijks een is geproduceerd.
De dood van oprichter Domenico veroorzaakte ernstige managementproblemen die zijn zoon Franco, de enige daadwerkelijk bij het bedrijf betrokken erfgenaam, niet aankon. Gedwongen door gebrek aan geld was hij niet in staat om met het bedrijf verder te gaan en gaf hij er de voorkeur aan het bedrijf te verlaten.
Ondertussen ging de productie langzaam door. De nieuwe 850 Sport met 903 cc motor die in het voorjaar van 1968 uitkwam maakte de Giannini-versies overbodig en pas voor de Autosalon van Turijn in 1969 waren twee nieuwe versies beschikbaar: de 1000 Coupé en de 1000 Spider
De productie van getunede versies van de 850 werd voortgezet onder het management van de nieuwe eigenaar Volfango Polverelli tot de komst van de 127, die de 850 in 1971 verving.
De laatste creatie van het merk Giannini, nu een beetje achterhaald, was een gedurfd en misschien wel bizar prototype ontworpen door Adolfo Melchionda en tentoongesteld op de Autosalon van Turijn in 1972. Het was een extreme kijk op buggy's en moest een zeer zuinige racewagen opleveren met een romp als een trimaran en een plexiglas voorruit.
Spciaal was hij wel!
Het merk bestaat nog steeds maar nu vooral als ontwerpstudio.
Giannini Torino.
Hoewel hij tot 1970 formeel een klein aandeel behield, verliet Franco Giannini het familiebedrijf in april 1969 en wijdde hij zich het bedrijf dat hij een paar jaar eerder in Turijn had geopend. Het was opgezet als een deel van het Romeinse bedrijf om carrosseriebouwers te ondersteunen bij het ontwikkelen van hun sportmodellen maar juridisch gescheiden gebleven van Giannini Automobili SpA uit Rome en het was eigendom van Franco alleen, die kon blijven rekenen op de levering van onderdelen.
Franco kreeg de kans om een voordelige overeenkomst te sluiten met Francis Lombardi voor de ombouw van diens Grand Prix naar een auto met 1000cc. Deze auto, in februari 1969 tentoongesteld op de Saloncino dell'Auto Sportiva in Turijn, trok de aandacht van de Amerikaanse importeur van de Siata Spring die 300 auto's wilde kopen. De 1000 Grand Prix werd in de herfst opnieuw tentoongesteld op de Autosalon van Turijn, maar wekte de woede op van de nieuwe eigenaar van Giannini Automobile in Rome die het gebruik van de naam "Officina Giannini Torino" voor Franco's bedrijf als illegaal beschouwde, aangezien het verwarring veroorzaakte met Giannini Automobili SpA. dat nu zijn bezit was.
Franco Giannini veranderde daarom in 1969 de bedrijfsnaam in OTAS (Officina Trasformazioni Automobili Sportive) en werkte daarin samen met tuningspecialist Edoardo Zen.
Het bedrijf werkte weer samen met Francis Lombardi wat de OTAS Grand Prix met een getunede "Tigre" -motor van 982 cc met dubbele bovenliggende nokkenas opleverde. In Italië werd dit model vanaf 1969 verkocht als de "Giannini 1000 Grand Prix".
Dat was nogal een ingewikkelde operatie want Francis Lombardi verkocht complete auto's zonder motor aan Giannini, terwijl Giannini SpA hun motoren aan OTAS verkocht voor verkoop buiten Italië.
Omdat er in de belangrijke Noord-Amerikaanse markt veel interesse was, verkocht OTAS de Grand Prix ook in de Verenigde Staten en in Canada als de "OTAS Grand Prix 820cc", Die kwam in 1970 op de markt en was uitgerust met dezelfde 817cc (downsized) motor die al werd gebruikt in de USA versie van de Fiat 850. Dit was om onder de 50 kubieke inch te blijven zodat het niet nodig was om de auto te voorzien van katalysator en andere emissiecontrolemiddelen.
Otas Grand Prix 820 cc
De foto's van de OTAS 820 cc vond ik op de site van Bonhams waar deze auto in 2010 werd verkocht voor ruim $ 28.000.
Het is niet duidelijk hoeveel auto's OTAS naar de VS exporteerde. het kunnen er vijfenzestig geweest zijn maar ook honderd want zoveel Fiat 850 chassisnummers werden gereserveerd voor de OTAS 820.
Importeur John Rich uit Glendale, Californië, bood ook tune-up kits aan en Siata International in New Jersey importeerde negen van de auto's met grotere Tigre-motor maar moesten daarmee stoppen toen de eisen van de EPA een einde te hoog werden. Fun Fact: De OTAS met Tigre motor was de eerste auto waarvan de verkoop in de VS werd beëindigd door de EPA. De OTAS Grand Prix 820cc werd verkocht tot 1971 en verkocht nooit bijzonder goed want de auto was te duur gezien de prestaties.
In de tussentijd had het bedrijf ook enkele successen met het voorbereiden van auto's voor de rallies, en behaalde de prestigieuze eerste plaats in de klasse tijdens de Monte Carlo Rally van 1969 met een Bertone 850 Racer.
Het publiek dat in april 1973 de New York Auto Show bijwoonde kan op zoek zijn geweest naar iets nieuws en dat konden ze vinden in de Fiat 850 Spider die was omgebouwd tot een vervuilingsvrije, stille elektrische auto genaamd de Electra Spider. Die werd gepresenteerd door de "Die Mesh Corporation", een Amerikaans bedrijf dat actief was in de metaal- en energiesector en die het een mooie uitdaging vonden om een elektrische auto te bouwen.
Op de show presenteerden zij het prototype van de "Electra Spider", een Fiat 850 Spider die was omgebouwd tot een elektrische versie door de originele motor te vervangen door drie in serie gemonteerde elektromotoren van 3,2 pk
De stroom werd geleverd door een pakket van 18 batterijen en daarmee werd, volgens het persbericht, een actieradius van 60 tot 75 kilometer mogelijk, erg optimistisch met een gewicht van ongeveer 1300 kg; de aangegeven topsnelheid van 90 km/u leek al net zo optimistisch. Uiterlijk was de auto niet te onderscheiden van een normale 850 Spider in de Amerikaanse uitvoering van 1972.
Bestellingen voor deze zuinige elektrische sportwagen kon je op de show doen, voor levering door de fabrikant in het najaar van '73.
Dat was dus "Die Mesh Corp.", 1st Street 12. Pelham, NY 10803 tel. (914) 738-5444.
Je hoeft ze niet te bellen want op het adres is nu een parkje.
Ondanks allerlei beloftes is de Electra Spider nooit in productie gegaan, laat staan de sedan- en bestelwagen-versies, zoals genoemd in reclamedrukwerk. Die zijn er vrijwel zeker nooit als prototype geweest.
Het persbericht:
Zoekend naar materiaal voor deze site kwam ik een foto tegen en ik dacht: "een Fiat 850 Spider". Maar wat een rare achterkant. Dat vonden de toeschouwers duidelijk ook.
De fotokwaliteit is matig maar de auto is herkenbaar als een Fiat 850 Spider. Het bleek er een te zijn met een carrosserie van Giunsella uit Genua. En dus zoek ik verder naar informatie. Dit is wat ik in 2023 vond. De extra informatie staat in een tweede artikel.
Andrea en Roberto Chiappini, eigenaren van carrosseriebedrijf Giunsella in Sampierdarena bij Genua, bouwden in 1972 een kleine sportwagen Pozzi Lampra genaamd.
De auto was afgeleid van de Fiat 850 Sport Spider. Mechanische bleef de auto ongewijzigd, behalve dat de radiator voorin werd geplaatst voor een betere gewichtsverdeling.
Verder zoekend naar foto's kwam ik onder andere terecht op de Flickr-stream van Maurizio Boi. Bijna 80 schermen met allerlei varende, vliegende en rijdende geschiedenis.
Hier lijkt de kleur van de auto iets anders; ook de velgen zijn nu zilvergrijs.
Nette auto, goed gekeken naar andere ontwerpen uit die tijd. Het was een heel persoonlijk ontwerp en een bewijs van hun kunnen.
Wat meer foto's van het interieur:
Aan de motor is zo te zien ook veel aandacht besteed:
Achterin was een klankkast ingebouwd voor een beter geluid van de cassettespeler en er is zelfs een kleine bar aan de zijkant.
Het bleef helaas bij dit ene en unieke exemplaar, ondanks het feit dat de mooie lijnen in alle autotijdschriften van die tijd werden genoemd en geprezen.
In Quattroruote stond nog dit (korte) artikel:
Eurostyle Costruzione Carrozzerie e Automobili (afgekort Eurostyle) werd in 1968 opgericht door Mario Gatto en Gino Marega en was gevestigd in Turijn.
Ze maakten voornamelijk speciale carrosserieën voor autotentoonstellingen. Slechts in één geval was er sprake van een beperkte serieproductie. Eurostyle ontwierp geen eigen modellen, maar gebruikte de creaties van verschillende ontwerpers. Het merk maakte op de Autosalon van Turijn in 1968 zijn debuut.
Voor dit debuut bouwde het twee prototypes, genaamd Hidalgo 1000 en 1600, respectievelijk gebaseerd op de Fiat 850 en 125. Het enige model dat Eurostyle in massa produceerde, was de LMX 2300 HCS, een sportwagen bedacht en ontworpen door Franco Scaglione.
Voor ons is de Eurostyle Fiat Hidalgo 1000 van 1968 belangrijk: het was een lage en zeer sportieve coupé gebaseerd op de Fiat 850, bedoeld als alternatief voor de 850 coupé van de tweede serie. De motor werd uitgeboord tot 1000 cc.
Optisch waren de belangrijkste kenmerken:
- de futuristische vormen,
- het originele, lange front met de rechthoekige koplampen die relatief dicht bij elkaar stonden en
- de grote afdekking van acrylglas tussen de spatborden.
Het is in 1968 bij een one-off gebleven. Voor zowel de Hidalgo 1000 als de 1600 werd het volgende jaar wel een update voorgesteld, die minder extreem was en rationeler, dit met het oog op kleine serieproductie.
Het vernieuwde front van de Hidalgo 1000, dat twee normale koplampen bevatte, deed de auto echter veel van zijn originaliteit verliezen, waardoor die een "gewoon" uiterlijk kreeg.
Het patroon van nep-gaten op de dorpels en de luchtinlaten aan de achterkant van de spatborden moest dit compenseren maar er kwam geen echte seriebouw tot stand, zodat het bedrijf eind 1973 werd beëindigd.
Carrozzeria Ellena heeft maar één model gebouwd op basis van de Fiat 850: de 1000 Spider van 1964. Deze versie had een alternatief kunnen zijn voor de versie van Bertone. Wat opvalt, is de gelijkenis met de koplampen die een kap hebben die ze volledig bedekt en die je ook zou zien in de eerste versie van de 850 Spider. Het kofferdeksel loopt aan de voorkant sterker omlaag dan bij de Bertone. De motorkap is dan weer wat hoger en meer afgerond met waarschijnlijk genoeg plaats is om het canvasdak neer te klappen. Er was een mogelijkheid om er nog meer geld aan uit te geven door de Abarth motorversie te kiezen.
In Quattroruote stond deze afbeelding waar we ook de achterzijde beter kunnen zien:
Carrozzeria Ellena had nauwe banden met de Turijnse carrosseriebouwer Carrozzeria Boano die bodies voor Ferrari (de 250 GT bouwde). In 1957 ging Mario Felice Boano aan de slag bij het Centro Stile van Fiat. Daar ontwierp hij met zijn zoon Gian Paolo onder andere de Fiat 850 Coupé en de Fiat 124 Coupé.
Ellena zette aanvankelijk de productie van de 250 GT-carrosserieën voort maar later verschoof de focus van het bedrijf naar het produceren van goedkopere speciale carrosserieën op basis van modellen van Fiat en Lancia, waaronder een kleine bestelwagen op basis van de Fiat 600 Multipla, die soms wordt beschreven als het grootste commerciële succes van Ellena.
Daarnaast verschenen ook nog een luxe coupé gebaseerd op mechaniek van Fiat en in de jaren zestig dus een aantal spiders op basis van de Fiat 850 en de Abarth 1000. Ellena kon in dit segment uiteindelijk geen vaste voet aan de grond krijgen en in 1966 staakte het bedrijf zijn activiteiten.
Dit zijn foto's van de Ellena tijdens de presentatie in Turijn: