De gebroeders Pederzani bouwden 14 auto's voor de Formula 850. Ze waren oorspronkelijk afkomstig uit Bologna en eigenaren van een bedrijf in de hydraulische sector maar werden aangetrokken door de racewereld waarin ze begonnen met karts en via de Formula 250 en Formula 850 zelfs uitkwamen bij de Formule 1!
Ze creëerden Tecnokart, dat meteen naam maakte vanwege de originaliteit van het ontwerp en de uitstekende prestaties, waardoor ze drie jaar op rij de kart-wereldkampioenschappen wonnen.
De ervaring leerde hen dat jong talent in alle stadia moet strijden om in de Formule 1 te komen, en daarom besloten ze een volgende stap te zetten en een monoposto te bouwen, aangedreven door een 250cc Ducati eencilindermotor; dat was vergelijkbaar met de Britse F3 waar een Norton-motor gebruikt werd. Dat was echter niet genoeg om zich te kwalificeren voor de grote racecircuits.
De Tecno F250 op een Fiat 241; mooi transport
Daarom presenteerden ze in 1966 hun eerste echte auto, de Formule 850, met een originele constructie die meer op een kart leek dan op een monoposto. De gewichtsverdeling, met zijn centraal geplaatste brandstoftank en een vrij korte wielbasis was de blueprint voor alle Tecno's.
Ingenieur Pederzani met een Tecno Formula 850
Een logische volgende stap was de Formule 3 en daar werd vrijwel meteen gewonnen want bij zijn debuut in 1968, met Jean-Pierre Jassaud achter het stuur, werd de Formule 3-race tijdens de Grand Prix van Monaco gewonnen. Al snel brak onder de jongere coureurs van die tijd de ‘Tecno-koorts’ uit. Velen kozen voor de monopostos uit Bologna in plaats van voor de Engelse alternatieven Lotus, Cooper en Brabham. Denk aan Ronnie Peterson, François Cevert, Clay Regazzoni, Patrick Depailler, Nanni Galli, Jean-Pierre Jabouille en Arturo Merzario. Allemaal raceten zij met Tecnos en haalden grote successen. Dit zijn allemaal coureurs die de Formule 1 hebben gehaald.